|
||||||||
|
Ze moet zowat de top aanvoeren van de klasse van de “ten onrechte veel te onbekende zangeressen” uit de muziek, die zich op de kruising bevindt van de folk en de Americana. Nochtans zijn er redenen genoeg om de dame wél te kennen: en haar partner Rod Capps maakte ze in de loop van de voorbije paar decennia acht studioplaten -die deze dagen allemaal afgeprijsd op hun website te koop staan, een kans die u best niet laat schieten- maar met deze “How Can I Say This?” is ze aan een soloplaat toe en wat ik, na ampele beluistering, alvast kan zeggen is, dat dit er eentje is om te koesteren. Annie brengt in twaalf songs een soort “terugblik van een wijzer geworden vrouw op een aantal momenten uit het/haar leven. Dat overzicht begint bij het begin, heel toepasselijk “My Eden” getiteld, waarin het handelt over de tijd van de onschuld, waarin we allemaal geboren worden en de meesten van ons kind of jongere mogen zijn, tot de figuurlijke appel en dito slang op de proppen komen. Dat gevoel wordt al snel overboord gegooid in “Learning”, dat begint met de regel “I was taught to never waste a good drunk” en waarin Annie zich afvraagt waarom jongens vaak “ja” horen, als een vrouw “nee” zegt. Redelijk herkenbaar voor velen, me dunkt, en een thema dat min of meer wordt verdergezet in “Two different Things”, dat het, in een bredere context, eigenlijk heeft over de moeilijkheden die we allemaal ondervinden in het samenleven. De titeltrack borduurt dààr dan weer op verder en komt bijzonder herkenbaar over voor veel mensen van enige leeftijd: “hoe kan ik je zeggen dat ik je erg graag zie, maar dat je me nu even alleen moet laten?” De essentie van de onmogelijkheid -voor velen toch- om helemaal “vrij” samen te kunnen leven. De mens is geneigd om de ander deels in bezit te nemen en te domineren, vaak met de beste bedoelingen, maar met een soort beklemmend wurgingsgevoel tot gevolg. Het verder borduren gaat voort in “The Punch”, waarin een relatie als een soort boksmatch wordt voorgesteld, inclusief de countdown en de aanloop naar de knock-out. Nare jeugdherinneringen worden bijzonder mild bezongen in “My Father’s House”, dat handelt over een niet al te gelukkige jeugd. In “Dirty Little Secret” belicht Annie in zeer omfloerste woorden momenten en gebeurtenissen waar ze actief deel van was en waar ze liever niet aan herinnerd wordt. Ik ga hier niet alle twaalf de songs overlopen, maar toch nog een woordje over “Crowded”, een track die letterlijk de titel behoorlijk eer aandoet: waar de plaat in totaal ruim veertig verschillende stemmen van voornamelijk vrouwen laat horen, zitten ruim de helft daarvan op deze heel bijzondere track, die ik u durf aanbevelen bij wijze van kennismaking, ook al omdat de tekst ervan met akelige precisie een proces omschrijft, dat zich op grote schaal voltrekt en dat erin bestaat dat we tegelijkertijd immens kunnen voelen dat we alleen zijn terwijl even rondkijken volstaat om te weten dat we met z’n allen weliswaar veel verschillend kunnen zijn, maar, omwille van ons mens-zijn gedoemd zijn om een modus vivendi te vinden, waarin we ons allemaal als individu kunnen herkennen. Voor platen als deze blijf ik in deze branche actief: een door de wol geverfde muzikante / zangeres / songschrijver, die in zowat veertig minuten “Het Leven” of wat het kan zijn, onder woorden en melodieën weet te brengen. Meer hoeft dat, wat mij betreft, niet te zijn: dit is -nog maar eens- een zeer welgekomen illustratie van het feit dat wij, mannen, simpelweg niet zonder de vrouw kunnen. Tel daarbij de bijzonder knappe arrangementen en een dito zang, en we beseffen met z’n allen dat we hier te maken hebben met een plaat die, over een maand of elf, tot de top van de producties van dit nog jonge jaar, zal blijken te behoren. Te ontdekken, absoluut ! (Dani Heyvaert)
|